Het ontwerpdecreet ‘digitale meter’

“De eigenaars van zonnepanelen kunnen eindelijk op hun twee oren slapen”, zegt Vlaams minister van energie Lydia Peeters. Na de goedkeuring van het decreet door de commissie energie drie weken geleden, keurt ook nu de plenaire vergadering van het Vlaamse parlement het ontwerpdecreet ‘digitale meter’ goed.

Eigenaars van zonnepanelen en mensen die voor eind 2020 nog een zonnepaneleninstallatie plaatsen, hebben recht op een terugdraaiende meter tot 15 jaar na plaatsing. Bij de eigenaars van zonnepanelen zal de digitale meter nog dienst doen zoals een terugdraaiende teller.

Vanaf 1 juli mogen we de uitrol van de eerste digitale meters verwachten. De uitrol zal gebeuren door de distributienetbeheerder Fluvius . Eerst komen de eigenaars van zonnepanelen aan de beurt, vervolgens de nieuwbouwwoningen en grondige verbouwingen en dan de rest van Vlaanderen.

Eigenaars van zonnepanelen mogen gerust zijn dat hun investering in zonnepanelen gegarandeerd blijft. Daarnaast krijgen ze door de digitale meter nog een beter inzicht in hun verbruik.

Wat verwacht u van uw installatie?

Tegenwoordig bestaat een PV-installatie niet enkel meer uit zonnepanelen die via een omvormer stroom produceren. Wat steeds belangrijker wordt, is het inzicht in uw verbruiksprofiel. Met de digitale meter voor de deur is een hoog eigen verbruik een grote troef.

Wat zijn uw mogelijkheden?

  1. De klassieke PV-installatie: Zonnepanelen gecombineerd met een omvormer waar nog een scherm is ingebouwd. Op deze manier volg je de installatie op via de omvormer.
  2. De moderne PV-installatie: Zonnepanelen gecombineerd met een omvormer die verbonden is met het internet. Op deze manier volg je de installatie op via het portaal van de gekozen omvormer. Hierdoor volgen wij uw installatie ook op en kunnen wij snel inspelen op eventuele problemen.
  3. De toekomst gerichte PV-installatie: Zonnepanelen, omvormer (geconnecteerd met het internet) met daar een smart-meter op aangesloten. Op deze manier heb je een gedetailleerd zicht op alle verbruikers in huis. Hierdoor kan je perfect inschatten hoe groot je toekomstige batterij moet zijn.
  4. De future proof installatie: Zonnepanelen, omvormer (geconnecteerd met het internet), smart-meter met een slimme sturing. Hierbij kijken we verder dan de PV-installatie op zich. Met een slimme sturing kan je energie gaan verbruiken op het moment dat deze aanwezig is. Uw wasmachine gaat bijvoorbeeld draaien wanneer er het meeste stroom wordt geproduceerd.

Afhankelijk van uw noden en wensen, kies je uw gewenste installatie. Zolang men kan genieten van de voordelen van een terugdraaiende teller, zijn optie 1 en 2 voldoende. Met de digitale meter in het achterhoofd, is optie 3 een grote meerwaarde.

vb; smart meter

Eenmaal de digitale meter er is en deze ook geen dienst meer doet als terugdraaiende teller, wordt optie 4 het meest interessant.

vb. future proof

Weet u niet goed welk systeem voor u het beste is? Neem gerust contact op of vraag een vrijblijvende offerte aan en wij helpen u bij het maken van de juiste beslissing.

De energiefactuur van een zonnepaneleneigenaar

Zonnepanelen installeren is op lange termijn denken. De installatie is een investering, De zonnepanelen hebben een positieve impact op uw energiefactuur.

Voorlopig hebben alle zonnepaneleneigenaars nog een terugdraaiende meter. Met een terugdraaiende meter gebruikt u als zonnepaneleneigenaar het distributienet als een gratis batterij. U plaatst immers een overschot aan stroom op het net, en u haalt die er voor dezelfde prijs weer af. Gebruikt u stroom van het net, dan draait uw meter vooruit. Maar stroomt er weer elektriciteit van uw zonnepanelen terug op het net, dan draait de teller ook weer terug. Door die terugdraaiende meter kan de elektriciteitsfactuur op het einde van het jaar 0 zijn.

Als u minder elektriciteit verbruikt dan u opwekt moet je nog rekening houden met volgende kosten:

  • prosumententarief
  • bijdrage aan het energiefonds
  • meterhuur
  • jaarlijkse vergoeding of vaste vergoeding

Verbruikt u minder of evenveel elektriciteit als u opwekt, schakel dan zeker over naar een enkelvoudige teller. Doet u dit niet, dan blijft uw nachtteller optellen en gaat uw dagteller twee maal sneller terugdraaien.

Gaat u meer verbruiken, dan gaat u best naar een elektriciteitsleverancier die gebruik maakt van een speciaal tarief voor eigenaars van zonnepanelen. In dit geval kan u overwegen een tweevoudige teller te behouden (dit hangt echter af van geval tot geval).

Vanaf het in dienst treden van de digitale meter gaat u de keuze krijgen om enerzijds het terugdraaiende teller systeem te behouden (indien de panelen voor 31/12/20 geplaatst zijn) of om te werken met een compensatieregeling.

Bij de compensatieregeling wordt er gemeten hoeveel elektriciteit u op het net steekt en hoeveel elektriciteit u meteen verbruikt. Het spreekt voor zich dat het dan belangrijk is om zoveel mogelijk elektriciteit meteen te gaan verbruiken als deze ter beschikking is. Dat noemt men het eigenverbruik.

Voor de elektriciteit die u op het net steekt, krijgt u een inspijzingsvergoeding (netto elektriciteitsprijs). Voor de elektriciteit die u van het net haalt betaalt u net zoals u altijd al gewoon bent (bruto prijs). Bij dit systeem valt het prosumententarief weg. Het geld dat u van het prosumententarief kan u gebruiken om uw tekort in de winter op te vangen. Hoeveel de inspijzingsvergoeding zal bedragen is nog niet bekend.

Hoe hoger het eigenverbruik, hoe interessanter het systeem van de compensatieregeling kan worden. Op de website van de VREG kan u alvast een simulatie doen voor uw eigenverbruik te meten.

Simulatie VREG

Een eigenverbruik van 100 % is nagenoeg onmogelijk. Als u aan een 70% eigenverbruik raakt, staat u al heel ver. Hiervoor worden slimme apparaten steeds interessanter.

Wil je een duidelijk zicht op uw verbruik doorheen de dag, vraag dan gerust naar een smart-meter voor uw verbruik op te volgen. Deze meet het verbruik van uw hele woning, in samenwerking met uw zonnepanelen bent u klaar voor de toekomst zo rendabel mogelijk in te zetten.

Over de volledige lijn blijven zonnepanelen een positieve impact hebben op uw energiefactuur. Bent u van plan zonnepanelen te plaatsen? Vraag dan zeker advies aan Galileo energy voor een optimaal rendement en de meest positieve impact op uw energiefactuur. Elke situatie is immers verschillend, een grondige analyse van de situatie is altijd aan te raden.

Uitrol publieke laadpunten op schema

Vlaanderen telde eind vorig jaar 3047 laadpunten. Daarmee zit de uitrol van de publieke laadinfrastructuur op schema. Dat blijkt uit het jaarrapport rond het Vlaamse actieplan Clean Power for Transport dat een stand van zaken schetst rond het elektrisch vervoer en de laadinfrastructuur in Vlaanderen. Vlaams minister van Energie Lydia Peeters: “Een voldoende dicht en uitgebreid laadpaalnetwerk is een noodzakelijke voorwaarde om elektrisch rijden aantrekkelijk te maken voor de Vlaming. Het Vlaamse CPT-plan voorziet in 5000 laadpunten tegen eind 2020 en iedereen mag gerust zijn: ze zullen er zijn.”

Het Vlaamse actieplan ‘Clean Power for Transport’ bestaat sinds eind 2015. Het bevat maatregelen en doelstellingen om het transport in onze regio te vergroenen en laadinfrastructuur uit te bouwen. Tegen eind 2020 streven we naar 74.000 elektrische wagens op onze wegen en 5000 laadpunten (of 2500 laadpalen met telkens 2 laadpunten).

Elk jaar wordt er een rapport opgesteld met een stand van zaken. Op dit moment rijden er zo’n 34.000 elektrische wagens rond in Vlaanderen en zijn er 3047 laadpunten.

Elektrisch versus plug-in hybride

Het merendeel van de elektrische voertuigen in Vlaanderen, 26.000 wagens, is plug-in hybride. Dat betekent dat ze een kleine batterij combineren met fossiele brandstof, benzine of diesel. Zo’n achtduizend wagens zijn volledig batterij-elektrisch.

Minister Lydia Peeters: “In de toekomst willen we het aandeel volledig elektrische wagens fors doen toenemen. Daarom hebben we de premies het voorbije jaar op hetzelfde niveau gehouden. Recent lanceerde de Vlaamse overheid ook een groepsaankoop. Daarmee hopen we de drempel voor de Vlaming te verlagen en willen we aan autoconstructeurs tonen dat er voldoende interesse is.”

Laadinfrastructuur

Met 3047 laadpunten op 34.000 wagens haalt Vlaanderen op dit moment zo goed als een ratio van 1 laadpunt voor 10 elektrische wagens, zoals Europa aanbeveelt. Toch laden de meeste Vlamingen thuis of op het werk. In 10 procent van de gevallen wordt er gebruik gemaakt van de publieke laadpalen.

Als je weet dat plug-in hybrides kleine batterijen hebben en dus minder vaak laden, is er de facto één laadpunt per 2,6 volledig elektrische wagen. Ruim boven de Europese richtlijn van 1 laadpunt per 10 elektrische voertuigen dus.

Vlaams minister van Energie Lydia Peeters: “Het huidige netwerk van publieke laadpalen is dus momenteel voldoende voor het aantal elektrische wagens.”

Uniek financieringsmodel

Het Vlaamse publieke laadnetwerk wordt bovendien uitgerold zonder publieke financiering. In het kader van een openbare dienstverplichting schrijft netbeheerder Fluvius ieder jaar een aanbesteding uit. Een privépartner krijgt een concessie van 10 jaar voor het gebruik van het openbaar domein waar de laadpaal staat, maar financiert de laadpaal en het beheer ervan zelf. Hij haalt zijn inkomsten uit het gebruik.

“Dit is een vrij uniek model in Europa. Zelfs in landen die voorop lopen op het vlak van elektrisch vervoer zoals Nederland of Noorwegen, zijn de laadpalen gesubsidieerd”, zegt Lydia Peeters.

Toekomst

Ook na 2020 wachten er ons nog veel uitdagingen. Als het elektrisch rijden voluit doorbreekt, zal ook het aantal publieke laadpalen fors moeten uitbreiden. De plaats op het publieke domein is daarvoor beperkt. Daarom zullen publieke laadpalen meer en meer ondergronds geplaatst worden, bijvoorbeeld in grote parkeergarages.

Bron: https://www.lydiapeeters.be/minister/uitrol-publieke-laadpunten-op-schema/

Digitale meters en zonnepanelen

Na heel wat onduidelijkheden, heeft de Vlaamse regering een akkoord bereikt rond de uitrol van de digitale meter bij zonnepaneleneigenaars. De uitrol van de digitale meters kan zoals gepland vanaf 1 juli 2019 starten bij eigenaars van zonnepanelen.

Het huidige voorstel van verplichte installatie bij zonnepaneleneigenaars dat nog goedgekeurd moet worden door het Vlaams Parlement en VREG heeft impact op 2 luiken.

Luik elektriciteitsprijs

Mensen die zonnepanelen hebben geïnstalleerd voor 31 december 2020 zouden voor 15 jaar in een compensatieregeling vallen te rekenen vanaf het moment van de indienstname van de installatie. Deze compensatieregeling houdt in dat het systeem van de terugdraaiende teller behouden blijft voor het luik elektriciteitsprijs.

Bij installatie van een digitale meter bij zonnepaneleneigenaars blijft het systeem van de terugdraaiende teller behouden voor het luik elektriciteitsprijs. Uw digitale meter draait dan visueel niet meer terug, maar u behoud het voordeel zoals dat bij een terugdraaiende teller was. In de zomer wekt u meer elektriciteit op dan u verbruikt, dit overschot wordt dan in de winter aangesproken (een moment waarop u zonnepanelen minder opwekken dan wat u verbruikt). U blijft het voordeel behouden dat u de elektriciteit die u zelf hebt opgebouwd, niet moet betalen aan de leverancier. U neemt dit dan af van het overschot dat u in de zomer hebt opgebouwd.

Luik distributienettarieven

Naast de prijs van de elektriciteit, betaalt u ook nog voor het gebruik van het net. Hoe de nettarievenvia de digitale meter aangerekend worden, zowel voor gezinnen met als gezinnen zonder zonnepanelen, is de bevoegdheid van de VREG.

Mensen die zonnepanelen hebben geïnstalleerd voor 31 december 2020 hebben de keuze:

  • ofwel kiezen ze ervoor om 15 jaar in een compensatieregeling  te vallen te rekenen vanaf het moment van de indienstname van de installatie. Deze compensatieregeling houdt in dat het systeem van de terugdraaiende teller met prosumententarief behouden blijft voor het luik distributienettarieven.
  • ofwel kiezen ze voor de aanrekening van een distributienettarief op basis van de werkelijke hoeveelheid elektriciteit die u van het net afneemt. Met een digitale meter worden uw afname en injectie apart gemeten en zal u nettarieven betalen op basis van alle elektriciteit die u van het net afneemt. Het wordt dan belangrijk om zoveel mogelijk elektriciteit te verbruiken op het moment dat uw zonnepanelen deze opwekken en dus zo weinig mogelijk af te nemen van het net. Dat heet zelfconsumptie of direct verbruik. Hoe meer zelfconsumptie, hoe minder afhankelijk u bent van het distributienet en hoe minder distributiekosten u betaalt. De mate van zelfconsumptie en het effect van die digitale meter op het distributienettarief dat u als zonnepaneleneigenaar zal moeten betalen, is moeilijk in te schatten. Daarom ontwikkelde de VREG een simulator zodat een zonnepaneleneigenaar een inschatting krijgt van de impact van de plaatsing van een digitale meter.

Personen die vanaf 1 januari 2021 zonnepanelen installeren, kunnen niet kiezen voor de de compensatieregeling van 15 jaar. Ze zouden gebruik kunnen maken van een ‘terugleververgoeding’. Prosumenten die het teveel aan opgewekte stroom op het distributienet zetten, zullen daarvoor een vergoeding kunnen krijgen. Wie vandaag al zonnepanelen heeft en dus 15 jaar recht heeft op het voordeel van een terugdraaiende teller, kan op elk moment overschakelen naar deze nieuwe terugleververgoeding.

Bron: https://www.vlaanderen.be/nl/bouwen-wonen-en-energie/elektriciteit-en-aardgas/de-digitale-energiemeter

Akkoord over invoering digitale meter: eigenaars zonnepanelen mogen 15 jaar voordeel terugdraaiende teller behouden

De Vlaamse meerderheidspartijen zijn het eens geworden over de invoering van de digitale energiemeter. Om het rendement voor eigenaars van zonnepanelen te garanderen, zou iedereen 15 jaar lang het systeem van de terugdraaiende teller kunnen behouden.

De digitale energiemeter was een heikel discussiepunt voor de Vlaamse regering. De regering wou die nieuwe meter invoeren maar wou tegelijk ook garanderen aan mensen met zonnepanelen dat ze de financiële voordelen van de oude meter zouden behouden. De oude meter draait namelijk letterlijk terug op het moment dat de zonnepanelen stroom produceren, zodat de factuur voor mensen met zonnepanelen naar beneden gaat.

De Vlaamse energiewaakhond Vreg daarentegen wil zo snel mogelijk overstappen naar de nieuwe meter én ook naar de daarmee samenhangende nieuwe manier van tariferen, dus zonder de terugdraaiende teller. De Vreg zegt dat eigenaars van zonnepanelen dan een financiële prikkel krijgen om slimmer om te gaan met hun zelfgeproduceerde stroom. Namelijk die stroom onmiddellijk verbruiken op het moment dat ze ze produceren of als dat niet kan die stroom zelf opslaan voor later gebruik.

De Vreg wil namelijk vermijden dat het stroomnet overbelast geraakt doordat alle eigenaars van zonnepanelen tegelijk hun overtollige stroom op het net zetten. De Vreg was het er dus niet mee eens dat mensen met zonnepanelen nog jarenlang de oude manier van tariferen zouden kunnen gebruiken.  

Politiek akkoord

Nu is er dus een nieuw politiek akkoord over die slimme meter: wie wil, kan 15 jaar lang in het oude systeem met de terugdraaiende teller blijven. Dat betekent concreet: de digitale meter wordt vanaf dit jaar wel degelijk stapsgewijs geïnstalleerd bij eigenaars van zonnepanelen, maar die mensen kunnen opteren voor het oude systeem met een in dat geval “fictief terugdraaiende teller”.  Of, mensen met zonnepanelen kunnen ervoor kiezen over te stappen naar het nieuwe systeem van tariferen. Die nieuwe tarieven moeten wel nog worden vastgelegd door de Vreg, de Vlaamse regulator. Met andere woorden: mensen met zonnepanelen krijgen de keuze: instappen in het systeem met nieuwe tarieven of blijven bij de oude tariefmethode als dat voor hen interessanter is.

De Vreg van zijn kant moet nu, zo zegt de Vlaamse meerderheid, een aantrekkelijk nieuw tarief uitwerken om consumenten te overtuigen over te stappen naar het nieuwe systeem. De Vreg zelf zegt voorlopig alleen blij te zijn dat er een regeling is en dat de digitale meter wordt uitgerold. Over de grond van de zaak, het vijftien jaar behouden van de oude tarieven, zegt de regulator op dit moment nog niets. “We willen eerst de teksten zien”, klinkt het.

Sectorfederatie is tevreden

Sectorfederatie ODE (Organisatie voor Duurzame Energie) reageert erg tevreden op de beslissing. “Mensen de vrije keuze laten, was onze belangrijkste eis”, zegt algemeen directeur Bram Claeys. “Vijftien jaar is ook een redelijke termijn.”

Hij raadt iedereen aan om, alvorens een keuze te maken, simulaties door te voeren. Kiezen voor het aanrekenen van het reële netverbruik is bijvoorbeeld interessant voor mensen die veel van de opwekte energie direct verbruiken.

Digitale meter?

“Voor mensen zonder zonnepanelen of een warmtepomp verandert er eigenlijk niet zoveel momenteel”, zegt Willem-Frederik Schiltz, energiespecialist bij Open VLD. “Maar op termijn kan het enkel voordelen bieden. Er staan bedrijfjes klaar die aan de slag willen gaan met uw en mijn verbruik. Zo zou het op termijn mogelijk zijn dat bijvoorbeeld uw diepvries overdag een uurtje wordt uitgeschakeld. Je verliest daarmee geen koude, maar je verbruik daalt daardoor wel.”

artikel: https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2019/03/13/vlaams-akkoord-over-invoering-digitale-meter-overgangsperiode-v/

Zonnepanelen en het E-peil

Elke nieuwbouwwoning in Vlaanderen moet een minimale hoeveelheid energie uit hernieuwbare bronnen halen. De installatie van zonnepanelen is de meest doeltreffende methode om het E-peil te laten zakken.

Het E-peil voor 2019?

Het E-peil ofwel energiepeil is een score die aangeeft hoe energiezuinig een woning/gebouw is. Hoe lager het E-peil, hoe energiezuiniger.

  • Voor bouwaanvragen van een nieuwbouwwoning vanaf 2019 geldt een maximaal E-peil van E40.
  • Voor ingrijpende energetische renovaties is er een maximaal E-peil van E90.

Wie het gevraagde E-peil niet haalt, krijgt hiervoor een boete.

Wat doen zonnepanelen voor het E-peil?

Hernieuwbare energie is vereist om aan het gewenste E-peil te raken. De meest doeltreffende methode is zonnepanelen.

De impact van zonnepanelen op het E-peil is groot. Zonnepanelen laten het E-peil van uw woning/gebouw zakken waardoor je in aanmerking kan komen voor bepaalde premies of verminderingen. Zonnepanelen zijn een een investering met een terugverdientijd van rond de 8 tot 10 jaar. Afhankelijk van de aard van de installatie.

Op welke premies of verminderingen heb je recht?

De Vlaamse netbeheerder Fluvius wordt door de Vlaamse overheid verplicht om bij hun afnemers energiebesparing te stimuleren. Voor nieuwbouwwoningen wordt een E-peilpremie gegeven. De premie hangt af van het jaar waarin de aanvraag voor de stedenbouwkundige vergunning ingediend werd en van het bereikte E-peil. De impact van je installatie op het E-peil, kan je laten vaststellen door een EPB-verslaggever.

Toegekende E-peil is definitef

Het toegekende E-peil is definitief. U kunt dit niet opnieuw laten vaststellen. Als u dus na het indienen van aangifte nog werken gaat doen, kunt u geen lager E-peil bekomen. Zorg dat je het plaatsen van de zonnepanelen zeker opneemt in het EPB Verslag. Zo misloop je deze premie niet.

De voordelen van een laag E-peil:

Een laag E-peil gaat vaak hand in hand met een energiezuinige woning. Dit geeft aan dat je vaste maandelijkse kosten een pak lager liggen dan bij een niet energiezuinige woning. Ook uw CO2 uitstoot is hierdoor lager, alweer een stap in de goede richting.

Bouw je een energiezuinige woning, dan krijg je een korting op de onroerende voorheffing. Die vermindering hangt af van het E-peil van je woning. Is je E-peil maximaal E30, dan krijg je gedurende vijf jaar 50 % korting op de onroerende voorheffing. Bij een E-peil van E20 bedraagt dit zelfs 100 % gedurende vijf jaar.

Deze informatie kan je ook terugvinden op de website van vlaanderen.

Neem gerust contact met ons op indien je vragen hebt rond zonnepanelen en de impact ervan op uw E-peil.

Zes miljoen euro voor lokale energieprojecten

De Vlaamse regering heeft zes miljoen euro uit het Klimaatfonds vrijgemaakt voor lokale energieprojecten. Met dat geld kunnen steden en gemeenten één of meerdere energieprojecten indienen bij het Vlaams Energieagentschap (VEA). Als het project wordt goedgekeurd, kan een gemeente tot 75 procent van de investeringskost steun krijgen. Vlaams minister van Energie Lydia Peeters: “Concrete projecten in de eigen stad of gemeente zijn sprekendevoorbeelden voor de inwoners. Daarom steunen we als Vlaamse overheid graag lokale projecten die het draagvlak voor de energietransitie verhogen én ons een stap dichter bij onze energiedoelstellingen brengen.”

In haar Energievisie wil de Vlaamse regering de energietransitie van onderuit aanmoedigen door het ondersteunen van lokale projecten. In het kader van de actie Stroomversnelling werden de voorbije jaren twee campagnes gelanceerd.

Tijdens de eerste campagne ‘Overal zonnepanelen’ konden Vlamingen een groot dak in hun buurt nomineren om er zonnepanelen op te leggen. Per provincie werd 1 gebouw beloond met een gratis haalbaarheidsstudie. Bij de tweede campagne ‘Overal stroomversnellers’ mochten burgers stemmen om een energieproject in hun gemeente te realiseren. Zodra 1 procent van de inwoners had gestemd, kreeg de gemeente een startbudget van 1 euro per inwoner.

Het budget dat de Vlaamse regering vandaag vrijmaakt, is opnieuw bestemd voor lokale energieprojecten. Dit keer kunnen steden en gemeenten rechtstreeks één of meerdere energieprojecten indienen bij het Vlaams Energieagentschap.

Projecten

Lokale besturen krijgen van 11 maart tot en met 30 april 2019 de tijd om energieprojecten op hun eigen grondgebied in te dienen bij het VEA. De keuze is vrij.Alle projecten kunnen tot maximaal 1 euro per inwoner ontvangen, zolang ze maar te maken hebben met energie-efficiëntie, hernieuwbare energie, groene warmte of elektrische mobiliteit. Het kan bijvoorbeeld gaan om hoogrendementsbeglazing in schoolgebouwen, een warmtepomp in het gemeentelijk zwembad, of het vervangen van de straatverlichting door LED-lampen.

Gemeenten mogen meerdere voorstellen indienen. Pas als elke gemeente van wie een project geselecteerd werd steun ontvangen heeft, kan een volgend project in aanmerking komen.

Vlaams minister van Energie Lydia Peeters: “Vlamingen hebben een groot vertrouwen in hun lokaal bestuur. Als steden en gemeenten nieuwe energieprojecten kunnen realiseren waar hun inwoners baat bij hebben, vergroot het draagvlak voor de energietransitie.”

CO2-uitstoot

Gemeenten moeten per ingediend project ook de verwachte CO2-besparing berekenen. Het Vlaamse Energieagentschap zal die projecten selecteren die zoveel mogelijk CO2 besparen.

Minister van Omgeving, Natuur en Landbouw Van den Heuvel: “Door voor lokale projecten te kiezen die de CO2-uitstoot het meest reduceren, is de optelsom een mooie bijdrage aan een schoner klimaat.”

Minister van Binnenlands Bestuur Homans: “Het energetisch opwaarderen van onze openbare gebouwen is een must. De overheid moet nu eenmaal het voorbeeld geven.”

Minister van Binnenlands Bestuur Homans: “Het energetisch opwaarderen van onze openbare gebouwen is een must. De overheid moet nu eenmaal het voorbeeld geven.”

bron: https://www.lydiapeeters.be/minister/zes-miljoen-euro-voor-lokale-energieprojecten/

‘De grootschalige uitrol van zonne-energie vergroot het belang van energiemanagement’

‘Energiemanagement gaat in de komende jaren een grote vlucht nemen. De keuze om bij zonnepaneelsystemen nu al een Fronius Smart Meter te plaatsen, is een opstap naar de energiewereld van de toekomst waarin energieopslag een standaardonderdeel zal worden van het assortiment van pv-installateurs.’ Aan het woord is Sjef Zijlmans, bij de Oostenrijkse omvormerfabrikant Fronius verantwoordelijk voor de Benelux.

Oostenrijkse kwaliteit

Volgens Zijlmans is het vooral de Oostenrijkse kwaliteit die het bedrijf in de voorbije jaren geen windeieren heeft gelegd. ‘Fronius heeft een imago van betrouwbaarheid, kwaliteit en economische stabiliteit: de familie Fronius is trots op die eigenschappen en draagt dit als familiebedrijf ook uit.’

Actieve koeling

Zijlmans legt nog maar eens uit waarom het bijvoorbeeld zo belangrijk is dat de Fronius omvormers voorzien zijn van actieve koeling. Een hogere opbrengst doordat de opwekking niet wordt gereduceerd en een langere levensduur doordat de elektronica minder warm wordt, zijn volgens Zijlmans de voornaamste voordelen. ‘Voor de levensduur van power elektronica zoals een pv-omvormer staat een te hoge temperatuur garant voor problemen. Als de omvormer 10 graden warmer wordt, wordt de levens-duur gehalveerd. En in de praktijk wordt het vermogen van veel omvormers in hete zomers teruggeschroefd, zeker bij warme opstellingen of weinig ventilatie. Door actieve koeling in te bouwen kennen onze omvormers deze problematiek niet.’

Smart Meter

Om te allen tijde inzicht te hebben in de prestaties van de omvormers beschikt de Oostenrijkse fabrikant over de softwaretool Fronius Solar.web. ‘Met deze online portal voor zonnepanelensystemen kunnen exploitanten hun pv-installatie monitoren en de gegevens analyseren’, duidt Zijlmans. ‘Installateurs kunnen bovendien via de portal meerdere installaties met elkaar vergelijken. Desgewenst is het mogelijk om alarmeringen te activeren om verstoringen in de zonnestroomproductie automatisch te detecteren.’

Steeds vaker wordt bij pv-systemen, groot en klein, de Fronius SmartMeter geplaatst. Zijlmans: ‘Dit is een bi-directionele meter die het teruggeleverde en afgenomen vermogen naar en uit het elektriciteitsnet registreert en zo de informatie levert om het eigen energieverbruik te optimaliseren. Ziet men normaliter enkel hoeveel stroom de zonnepanelen produceren, met aanvullende SmartMeters wordt het mogelijk om ook meerdere opwekkers bijvoorbeeld van een ander merk omvormers en de grote verbruikers gedetailleerd te volgen. Met de standaard ingebouwde energie-managmentfuncties is het mogelijk om de zonnestroom voor verschillende doeleinden in te zetten. Van het laden van je elektrische auto, tot het aanzetten van je wasmachine of het verwarmen van het water in je boiler.’En dit energiemanagement zal volgens Zijlmans in de Benelux zeer snel aan terrein gaan winnen. ‘Dat wordt in Vlaanderen natuurlijk ingegeven door de toenemende risico’s op stroomtekorten in de winterperiodes, maar ook door het uitfaseren van de terugdraaiende teller. Dit vergroot het belang van zelfconsumptie. In Nederland ontstaat er een soortgelijke situatie door invoering van de terugleversubsidie als vervanging van de salderingsregeling. Daarmee wordt het voor consumenten interessant om zoveel mogelijk van de opgewekte zonnestroom zelf te gaan gebruiken.

Sectorkoppeling

Om de visie van een toekomst met 100 procent duurzame energie te verwezenlijken, introduceerde de Oostenrijkse fabrikant dit jaar oplossingen voor zogenaamde sectorkoppeling. Hiermee kan zonne-energie effi ciënt worden ingezet bij de bereiding van warm water, in het huishouden en voor elektrisch vervoer. ‘Voor eigenaren van een zonnepanelensysteem wordt het in de komende jaren steeds belangrijker om zoveel mogelijk van de zelf opgewekte zonnestroom te benutten. Met de uitfasering van de salderingsregeling maar ook in het geval van commerciële pv-systemen is zelfconsumptie econo-misch gezien het meest voordelig. In ons thuisland Oostenrijk zijn dit jaar al vele pv-systemen van een Fronius Ohmpilot voorzien. Dit product zorgt ervoor dat zelfs meerdere warmwateropslagvaten automatisch en traploos met zonnestroomoverschotten verwarmd kunnen worden. Bij meerdere systemen met een combinatie van batterijopslag en Ohmpilot is te zien dat het mogelijk is om met een pv-systeem voor een huishouden een eigenverbruik van 90 procent te bereiken. Dit heeft uiteraard een zeer positieve invloed op de terugverdientijd van de zonnepanelen.’

Kortom staan er nog heel wat veranderingen voor de deur. Aan de hand van de smart meter van Fronius is het voor de installateur gemakkelijker om in te spelen op de toekomstige noden van de klant. Zo bereiken we een zo hoog mogelijk eigenverbruik.

bron: Solarmagazine Jaargang 9

Hoe worden zonnepanelen gemaakt?

Het basisingrediënt van elk zonnepaneel is silicium. Op hoge temperatuur wordt deze kostbare grondstof gewonnen uit zand.

Eens het silicium in zuivere blokken is gestold, kunnen er flinterdunne schijfjes worden van gesneden. Deze zullen de zonnecellen vormen. Om foto-elektrische stroom te genereren worden 2 siliciumschijfjes met verschillende eigenschappen op elkaar geplaatst. Via het toevoegen van verschillende stoffen kunnen er positieve en negatieve elektrodes worden gemaakt. Onder invloed van zonlicht wordt tussen de elektrodes een kleine elektrische stroom gegenereerd. Door kleine stroombanen of geleiders op de individuele cellen aan te brengen kunnen meerdere cellen met elkaar worden verbonden. Om de brosse cellen te beschermen worden de cellen gelamineerd en in een aluminium frame bevestigd. Het geheel vormt een afgewerkt zonnepaneel.

Een groot deel van dit proces gebeurt volautomatisch. Hieronder nemen we een kijkje in de LG fabriek: